Advies
Advies heeft betrekking op de aandachtsgebieden Productielogistiek, Ketenlogistiek en Warehousing.
Hierbij wordt steeds gewerkt vanuit de sequentie Analyse, Ontwerp, Invoering en Nazorg.
Bij adviestrajecten wordt intensief samengewerkt met de verantwoordelijke manager, vaak zelfs letterlijke vanaf de rand van zijn/haar bureau. Door die samenwerking, blijven ingevoerde oplossingen hun waarde en kracht behouden, ook nadat een adviestraject is afgesloten.
Zo’n adviestraject kan gaan over planning van activiteiten (inzetplanning, machineplanning, materiaalplanning, voorraadplanning, warehouseplanning), over inrichting, standaardisatie en documentatie van processen, over opheffen van knelpunten en bottlenecks, over reduceren van afstemverliezen, verbeteren van bezettingsgraden en terugbrengen van fouten in een (productie-)proces.
Met het van tevoren vastgestelde doel voor ogen, wordt gewerkt vanuit de visie ‘Behouden wat goed is en verbeteren wat beter kan’.
Adviestraject
Een adviestraject kan bestaan uit verschillende onderdelen. Samen met de klant wordt van tevoren uitgezocht en bepaald wat het beste past in de actuele situatie. Zo kan er worden besloten tot:
- Een quick scan. In een quick scan worden bepaalde bedrijfsprocessen doorgelicht, waarbij geïnventariseerde knelpunten overzichtelijk worden gepresenteerd.
De scope en doorlooptijd worden van tevoren in overleg bepaald. - Een observatie. Een observatie kan bestaan uit waarnemingen per plekke, diverse metingen, interviews met betrokkenen en studies.
FDWLA heeft een scala aan studies ter beschikking, waarin machine-inzet, machine-belastbaarheid, maar ook effectiviteit van leiding geven meetbaar worden gemaakt. Veel zaken blijken meetbaar te zijn, ook als dat niet voor de hand lijkt te liggen. (Bijvoorbeeld is het mogelijk de manier van leiding geven meetbaar te maken en daadwerkelijk te meten in hoeverre een leidinggevende adequaat optreedt. Vervolgens kan worden bepaald hoe moet/kan worden bijgestuurd om het gewenste resultaat te bereiken.)
Het zal duidelijk zijn dat, nadat een bepaald verschijnsel is gemeten, het veel gemakkelijker is om door te voeren verbeteringen te bespreken en objectief te beoordelen.
Na een quick scan of een observatie is het verbeterpotentieel voor alle partijen duidelijk en inzichtelijk. Vervolgens kan worden bepaald wat, in welke volgorde en prioriteit, zal worden aangepakt. Doorlooptijd en kosten kunnen op die manier goed van tevoren worden bepaald.